05/07/2018

Sommige producenten van isolatiematerialen zeggen dat hun materialen ook goed zijn om de thermische faseverschuiving te verhogen zodoende het zomercomfort binnen een woning beter is maar is dit ook werkelijk zo?

Via de volumieke warmtecapaciteit van isolatiemateriaal kunnen we weten hoeveel warmte er nodig is om de temperatuur van dit materiaal te verhogen. Dit kunnen we uitdrukken in J/m3.K. Eigenlijk is dit de volumieke massa x de soortelijke warmtecapaciteit. Deze formule kunnen we toepassen op muren, wanden en daken om te zien hoeveel warmte erdoor kan opgeslagen worden en er dus niet doorkomt.

Hier spelen ook nog heel veel andere factoren mee namelijk de buitentemperatuur en de omstandigheden binnenin. Het WTCB heeft deze allemaal onderzocht en kwam tot de conclusie dat er op de belgische markt veel materialen zijn juist WEL of toch net NIET zo geschikt zijn om de warmte buiten te houden. Ze hielden rekening met het soort isolatiemateriaal maar ook met de dikte tijdens hun onderzoek.

De conclusie was dat de aard van het materiaal minder invloed had op het thermisch zomercomfort maar vooral de dikte ervan gaf veel verbetering in de zomer.  Minerale wol met name glaswol van 26 cm dikte zou het dus heel goed moeten doen. Isolatie zoals pir of pur platen beschermen goed om de warmte binnen te houden maar veel minder dan glaswol om de warmte buiten te houden. Ze zijn dunner, De natuurlijke materialen zoals houtvezels of cellulose zijn ook bij de betere leerlingen van de klas. 

Heel belangrijk is dat men ook moet denken om ramen en deuren te sluiten en via buiten zonnewering de zon van de ramen te houden. Als je tijdens de nacht als het koeler is buiten de ramen kan openzetten dan kan de temperatuur 1 tot 4 °C zakken in de slaapkamer.

Wij hopen alvast op een mooie zomer maar niet te extreem met de hitte,

 

grafiek onderzoek wtcb zomercomfort